Geert Lovink on Mon, 14 May 2007 13:05:59 +0200 (CEST)
|
[Date Prev] [Date Next] [Thread Prev] [Thread Next] [Date Index] [Thread Index]
[Nettime-nl] VK: ‘Kunstsubsidiëring vaak een zaak van vriendjespolitiek’
|
‘Kunstsubsidiëring vaak een zaak van vriendjespolitiek’
Van onze verslaggever Rutger Pontzen
http://www.volkskrant.nl/kunst/article425222.ece/
Kunstsubsidiering_vaak_een_zaak_van_vriendjespolitiek
AMSTERDAM - Het kunstsubsidiesysteem in Nederland leidt tot
middelmatige kunst, heeft een funest effect op de markt voor
hedendaagse kunst en vergroot de kloof tussen de vakwereld en het grote
publiek.
Dat schrijven de directeuren van de twee grootste kunstfondsen, het
Fonds voor Beeldende Kunst, Vormgeving en Bouwkunst (Fonds BKVB) en de
Mondriaan Stichting, in het boek Second Opinion – over beeldende
kunstsubsidie in Nederland, dat vandaag verschijnt.
Volgens Lex ter Braak (Fonds BKVB) en Gitta Luiten (Mondriaan
Stichting) is het stelsel van subsidieverstrekking aan herziening toe.
Het is naar hun mening contraproductief en heeft zijn doelstellingen
niet bereikt: meer internationale aandacht, een hogere kwaliteit, meer
bezoekers en een grotere maatschappelijk betrokkenheid van de kunst.
Vijandenpolitiek
Opmerkelijk is dat de twee directeuren ook de beoordelingscommissies
bij hun eigen fondsen bekritiseren. Ter Braak meent dat het besluit wie
subsidie krijgt veelal wordt bepaald door ‘belangenverstrengeling en
vriendjes- of vijandenpolitiek’.
Volgens Luiten zijn de beoordelingen te vaak gebaseerd op consensus
tussen de commissieleden. Luiten: ‘Het systeem bevordert het compromis,
in plaats van excellentie.’
Beide directeuren menen dat de beeldende kunst dankzij het huidige
subsidiesysteem juist verder is gemarginaliseerd en meer in een
maatschappelijk isolement geraakt. Volgens Ter Braak is de kunstwereld
te veel gericht op de overheid, omdat daar het geld vandaan komt.
Nieuw systeem
Het subsidiestelsel is naar zijn mening nog steeds een sociaal vangnet
voor armlastige kunstenaars, zoals in de tijd van de BKR (die in 1984
onder minister Brinkman van Cultuur werd afgeschaft.) De gelijkmatige
verdeling van het subsidiegeld over te veel kunstenaars houdt een
systeem van ‘pappen en nathouden’ in stand. ‘Het is in deze overdadig
rijke tijd niet meer de taak van de overheid iedereen die zich
kunstenaar noemt te willen steunen’, stelt Ter Braak.
Als oplossing voor de falende subsidiëring stelt Ter Braak voor
anonieme commissieleden te vervangen door intendanten, die met naam en
toenaam verantwoordelijk kunnen worden gesteld voor hun keuze.
Bovendien zou de overheid de subsidiegelden anders moeten verdelen.
Luiten: ‘In plaats van veel kunstenaars een beetje te geven zouden
minder kunstenaars een hoger bedrag moeten krijgen.’
In het nieuwe systeem is een grote rol weggelegd voor musea en andere
tentoonstellingsruimten. Zij zouden meer (geoormerkt) geld moet
krijgen, om exposerende kunstenaars een beter honorarium te betalen en
bij te dragen aan de eventuele productiekosten. ‘Met een beetje geluk’,
schrijft Luiten, ‘zorgt dit systeem bovendien voor het opleven van het
openbare debat, omdat de resultaten van deze besteding zo openbaar en
transparant zijn.’
De alternatieven die Luiten en Ter Braak voorstellen voor het falende
subsidiebeleid lopen vooruit op het besluit dat de Raad voor Cultuur
naar verluidt komende zomer zal nemen over een nieuw subsidiesysteem.
Het is overigens opmerkelijk dat de twee directeuren hun eigen fondsen
– jaarlijks goed voor 32 miljoen euro subsidie – pas nu bekritiseren.
Volgens Ter Braak (sinds 2000 directeur van het Fonds BKVB) is het een
kwestie van voortschrijdend inzicht. ‘Zeven jaar geleden dacht ik er
nog heel anders over.’
______________________________________________________
* Verspreid via nettime-nl. Commercieel gebruik niet
* toegestaan zonder toestemming. <nettime-nl> is een
* open en ongemodereerde mailinglist over net-kritiek.
* Meer info, archief & anderstalige edities:
* http://www.nettime.org/.
* Contact: Menno Grootveld (rabotnik@xs4all.nl).